Alle strijkinstrumenten - en dus ook de cello - worden beschouwd als tamelijk moeilijk te leren. Het plaatsen van de vingers van de linkerhand op precies de juiste plek op de toets is slechts één van de uitdagingen. Als je veel zingt of misschien zelfs al piano of een ander instrument speelt, zul je minder moeite hebben met het horen en dus raken van de noten dan iemand die zelf nooit muziek heeft gemaakt. Door veel te oefenen kun je echter ook als muziekbeginner je gehoor trainen.
Ook de rechterhand heeft veeleisende taken om onder de knie te krijgen met strijkstokhouding en strijken. Dit mag echter niemand, ongeacht leeftijd, ervan weerhouden om cello te gaan spelen. Wie regelmatig oefent, onder begeleiding van een goede leraar, zal vooruitgang boeken. De cello beloont inspanning met zijn diepe, zachte klank.
Terug naar Strijkerwetenswaardigheden: de Cello